Houtman, Zwolle

Een belangrijk deel van Erik Nooks identiteit was die van een stedeling. Hij woonde immers in Den Haag, het grootste dorp van Nederland. Hij wilde best grootmoedig erkennen dat er enkele (twee namelijk) steden in Nederland waren die groter waren dan de zijne, maar dat maakte hem niet minder stedeling. De bewoners van Utrecht, die Den Haag, Rotterdam en Amsterdam voor zich moesten dulden, die hadden iets uit te leggen, aan zichzelf. Of aan Erik Nook, desgevraagd. Als je Utrecht een grote stad ging noemen, dan kon je dat van Alkmaar, Middelbug of Venlo ook wel zeggen. 

Toen hij echter door de binnenstad van Zwolle aan het sjokken was, groeiden de twijfels voer Den Haag. Hij had met Justine grappen gemaakt over het een ding dat het ’provinciehuis’ genoemd werd. Vanuit allerlei plekken van de historische binnenstad konden wandelroutes gevolgd worden die zouden uitkomen bij dat provinciehuis. Erik Nook kon zich de betonnen bureaucratie van dat instituut precies voorstellen; hij deed er zelfs een stemmetje bij: ‘Ja, wij hebben een provinciehuis, wij zijn een heel belangrijke stad.’ Erik Nooks grappen werden niet leuker, als hij er een stemmetje bij deed. 

Erik Nooks vestiging in Den Haag was destijds samengevallen met zijn eerste managementfunctie. Noch management, noch Den Haag komen algemeen erg jeugdig over. Daarbij was Erik Nook in het eerste jaar van de hts al een ouwe lul geworden, dus dat kwam eigenlijk wel goed uit. Het lichte ongemak dat hij een anachronisme was vergeleken met zijn leeftijdsgenoten werd goedgemaakt door die stad en door het salaris. Hij had niet eens doorgehad dat de steden om hem heen vol levendigheid waren, omdat het steeds de andere generaties waren, die zich daar te buiten gingen. (Let op: Erik Nook woont inmiddels al bijna dertig jaar in het Statenkwartier, waar niemand zich openlijk te buiten gaat...)

Het was in de Zwolle dat Erik Nook - voor het eerst van zijn leven - ging voelen dat de dingen bedoeld waren voor hem en voor zijn leeftijdsgenoten. Het was, alsof hij ontwaakte. Museum de Fundatie! Eén overzichtelijk tentoonstellinkje, met een niet al te diepzinnig, maar gewoon esthetisch onderwerp, drie trapjes en eventueel een lift met als beloning een uitzicht over een tamelijk overzichtelijke stad. Omringd door uitsluitend vijftigers en zestigers. Justine was de jongste bezoeker.

Alles in de stad, die ze daar vanaf grote hoogte, maar beneden gewoon te voet, konden bekijken was gericht op het comfort van vijftigers en zestigers. Zwolle bestond uitsluitend voor Erik Nook en de zijnen. Wat heerlijk, om te voelen dat het hier uitsluitend om jou draait! Hoe lang zou het duren voordat ook hij en Justine zich gingen afvragen waar de dertigers toch gebleven waren? Of de tieners?

De grootte van het raam, dat van de Fundatie uitzicht biedt op Zwolle, is zorgvuldig gekozen; men ziet alleen de bebouwing van de stad. Als Erik Nook vlakbij het kozijn ging staan kon hij langs de bebouwing een vermoeden van landelijkheid ontwaren. Zoiets zou je bij een uitzicht in Den Haag niet zo snel hebben, dacht hij tevreden.

Later werden Justine en hij aangetrokken door de opheffingsuitverkoop bij Houtman Herenmode. Roy Robson of Cavallaro met vijftig procent korting, dat is een buitenkans!
Justine vroeg: 'Waarom heeft u een nieuwe collectie, als u ermee gaat stoppen?'
En de verkoper: 'We gaan er niet voor ons plezier mee stoppen, als u dat soms denkt.'
Dat chagrijn, dat was toch weer opvallend grootstedelijk... 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Leicastore, Amsterdam

Dagelijks Lekker, Amsterdam

Zwarthout, Leersum